HAK breekt lans voor betere betaling boeren die investeren in duurzaamheid

HAK breekt lans voor betere betaling boeren die investeren in duurzaamheid

Minister Schouten ontvangt allereerste pot ‘On the way to PlanetProof’ rode kool.

Giessen, 24 oktober 2019 – Minister van Landbouw Carola Schouten ontvangt deze week van groente- en peulvruchtenfabrikant HAK de allereerste pot rode kool die ‘On the way to PlanetProof’ is gecertificeerd, en dus op duurzamere wijze is geteeld en verwerkt. Die pot gaat vergezeld van een heldere boodschap van de onderneming: boeren die investeren in duurzame teelt, moeten daarvoor financieel gecompenseerd worden door alle schakels in de handelsketen.

Boeren die volgens de beginselen van On the way to PlanetProof hun groenten telen moeten daarvoor extra kosten maken. Die meerkosten verschillen per gewas, maar bedragen voor PlanetProof rode kool zo’n 10%. HAK vergoedt deze kosten nu al aan de telers, maar is van mening dat die door de handelsketen als geheel gedragen moeten worden. Het bedrijf wil daar de komende tijd voor gaan pleiten bij al haar handelspartners en de koepels waarin het actief is.

 

Adri den Dekker, Directeur Inkoop, Landbouw & Duurzaamheid van HAK: “Wij geloven dat lokaal en duurzaam geteeld, kwalitatief hoogwaardig voedsel de toekomst is, maar duidelijk is dat dit niet lukt zonder extra investeringen. Dat geldt niet alleen voor de telers, maar ook voor onszelf als volgende schakel in de keten. Als fabrikant zullen we moeten dealen met meer onzekerheid in de opbrengst, en onze eigen processen ook On the way to PlanetProof maken. En dat geldt ook voor de volgende schakels in de keten, want On the way to PlanetProof gaat over ‘van grond tot mond’. Kortom, het is logisch dat de hele keten meebetaalt. Het kan niet zo zijn dat enkel de boeren moeten opdraaien voor de kosten van het betere en meer weerbare milieu dat bewuste consumenten, bedrijfsleven en politiek voor ogen hebben.”

Volgens Den Dekker zijn de extra kosten bij de teelt en verwerking het gevolg van het feit dat een On the way to PlanetProof certificering 36 bovenwettelijke eisen stelt op het gebied van gewasbescherming, bodemvruchtbaarheid, biodiversiteit, landschapsbeheer, water- en energieverbruik, verpakking en afval. Daarnaast wordt van de telers vereist dat zij nog een pakket extra maatregelen nemen met een positieve milieu-impact, om zo tien verplichte ‘bonuspunten’ te verwerven.

 

Redelijk en billijk | “Als we de meerkosten van On the way to PlanetProof willen spreiden over iedere schakel in de handelsketen zal ook de consument een deel moeten dragen. Dat kan betekenen dat deze iets meer gaat betalen voor een pot met duurzamer geteelde rode kool met een positieve milieu impact. Dat lijkt me redelijk en billijk, hoewel de supermarkten natuurlijk de uiteindelijke consumentenprijs bepalen. Daar gaan wij niet over”, aldus Den Dekker.

 

Wat volgens Den Dekker meespeelt is dat Nederlanders niet alleen onderaan bungelen op de Europese lijstjes van dagelijkse groenteconsumptie, maar ook in verhouding erg weinig uitgeven aan voedsel. “Gemiddeld is dat minder dan 11% van ons inkomen. We moeten echt gaan inzien dat we op de bodem zijn gekomen van wat voedsel mag kosten. Het besef dat gezonde en duurzame voeding z’n prijs heeft, mag wat ons betreft veel hoger op de maatschappelijke agenda”, aldus de inkoopdirecteur.

 

Positieve milieu-impact | De consument krijgt dankzij de nieuwe On the way to PlanetProof certificering een pot rode kool waarvan de inhoud duurzamer geteeld is en waarvan de milieu-impact positiever is. Dat wil zeggen: minder stikstof en fosfaat door beperking van mestgebruik, een gezondere en meer vruchtbare bodem, beperkt gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, schoner oppervlaktewater en meer nuttige insecten en vogels op het land, die als natuurlijke vijanden van ongedierte bijdragen aan een gezond gewas. Daarnaast leiden de stimuleringsmaatregelen van de On the way to PlanetProof teelt tot een lager energie- en waterverbruik.

 

Volgens de betrokken rode kooltelers Wim en Johannes Straver, van landbouwcorporatie CIGTA, draait On the way to PlanetProof eerst en vooral om een gezondere bodem. Wim Straver: “Alles begint bij de bodem. Dit is misschien wel ons grootste kapitaal en daarom een belangrijk aandachtsgebied binnen de PlanetProof systematiek. Immers, een sterke weerbare bodem geeft een sterker gewas dat minder last heeft van ziektes en plagen, en heeft dus ook minder gewasbeschermingsmiddelen nodig.”

 

Biologisch versus On the way to PlanetProof | Vader en zoon Straver benadrukken dat On the way to PlanetProof teelt wel meer inspanningen vergt dan traditionele teelt, al was het maar vanwege de moeite die moet worden gestoken in administratie en transparante vastlegging. Johannes Straver: “Je moet aan tal van eisen voldoen, een milieubeleidsplan opstellen en allerlei rapportages bijhouden. Deze rapportages worden gecontroleerd door een onafhankelijke instantie. Daarnaast kun je ook nog eens te maken krijgen met onaangekondigde ‘surprise visits’.”

 

Wim Straver: “Ik ben blij dat mijn zoons de zaak later willen voortzetten en vol gaan voor duurzaamheid. Dat maakt ons weerbaar om niet op te zien tegen al die zaken die we extra moeten doen. Wij zijn op veel terreinen bezig, ook met biologische teelt. Net als On the way to PlanetProof gaat dat over duurzaamheid, alleen werkt het op een andere manier. Voor louter biologisch is, los van de vraag of er voldoende areaal beschikbaar is, de opbrengstzekerheid die nodig is voor de marktvraag onvoldoende. Met PlanetProof kunnen we grote slagen maken en voor grootschalige teelt de nodige duurzaamheidsstappen maken.”

 

Van dichtbij = duurzame teelt | HAK streeft duurzame teelt na omdat de fabrikant nu en in de toekomst goede, kwalitatieve en duurzame groenten en peulvruchten van dichtbij willen blijven halen (zoals zij dat al meer dan 65 jaar heeft gedaan). Zonder een meer duurzame wijze van telen en verwerken is dat niet mogelijk in de toekomst. Den Dekker: “Met deze keuze stellen we bij HAK niet alleen onze bedrijfsvoering en ons bestaansrecht veilig, maar ook onze missie om zoveel mogelijk mensen te helpen meer groenten en peulvruchten te eten.”

 

De eerste On the way to PlanetProof rode kool van HAK ligt in de winkel vanaf begin november 2019.

 

Nieuwe directie Fardem: “Kwaliteit gegarandeerd dankzij het BRC-certificaat en focus op duurzaamheid ”

Nieuwe directie Fardem: “Kwaliteit gegarandeerd dankzij het BRC-certificaat en focus op duurzaamheid ”

Foto: Marco van Toor en Joost Mölmann

Marco van Toor is sinds kort directeur van Fardem Packaging in Edam, samen met operationeel directeur Joost Möhlmann ververst hij het management: “Ik ben in januari bij Fardem begonnen, na iets meer dan tien jaar carrière bij zusterbedrijf Plasthill leek het mij een mooie uitdaging. Het zijn nog steeds plastic verpakkingen, maar toch weer een heel andere tak van sport. Dat maakt het leuk.” 

 

Zijn jullie inmiddels gewend? 

“Joost had al veel ervaring als operationeel directeur binnen diverse sectoren van het bedrijfsleven. Na 18 jaar in de chemie, waarvan de laatste jaren als plantmanager en 16 jaar als plantmanager binnen o.a. de houtindustrie is hij de juiste man op de juiste plaats bij Fardem. Zelf kende ik de sector natuurlijk al lang.  

We hebben een goed kennismakingsgesprek gehad en we zijn er samen met volle overtuiging ingestapt. We kwamen terecht in een bedrijf waar de mensen je echt het gevoel geven dat je in een warm bad stapt. Ze staan open voor nieuwe ideeën en willen samen met ons een doel bereiken, om Fardem vooruit te helpen. 

Oorspronkelijk waren we vooral een leverancier van heavy duty zakken, vooral aan de polymeren industrieIn de feed- en foodsectoren zie je een aanscherping van eisen, dat geeft ons mooie kansenonze producten en processen moeten aan hogere eisen voldoen. 
Je moet de folie niet alleen produceren, het moet voldoen aan de regels van het Engelse 
BRCcertificaat.   

 

Wat houdt dat BRC-certificaat in? 

De British Retail Consortium (BRC) Packaging standaard kwam begin van deze eeuw. Ons zusterbedrijf, Oerlemans Plastics was het eerste Nederlandse bedrijf dat BRC-IoP gecertificeerd werd. Het BRC-certificaat is inmiddels wereldwijd de standaard en brengt eenheid in verschillende voedselveiligheid-standaardenAlle bedrijven binnen de Oerlemans Packaging groep werken met BRCWij hebben in februari de jaarlijkse audit gehad, met wéér de hoogste AA statusJe laat zo zien dat je niet alleen folie kunt produceren, maar dat je ook een belangrijke speler in het veld bent. We blijven dan ook innoveren en investeren in mensen en machines.” 

We hebben sinds een paar jaar een zevenlaagsextruder staan, dat geeft veel nieuwe mogelijkheden. Daarmee kunnen we folies produceren die voor onze klanten een beter alternatief zijn, zoals barrièreverpakkingen. Daarmee wordt de houdbaarheid van verpakte producten verlengd en wordt voedselverspilling gereduceerd. 

 

 

En hoe gaan jullie met de ontwikkelingen op het gebied van MVO om? 

“Onze ISO 26000 versterkt onze activiteiten op MVO-gebied. We hebben in de groep een eigen regenereerlijn, waarin de onbedrukte folie wordt gerecycled en weer wordt omgevormd tot polyethyleen korrel. Van deze korrels wordt er opnieuw folie geproduceerd, er gaat dus niets verloren. Het milieu wordt minder belast, maar de productiekosten worden daardoor ook verlaagd.” 

“Ik verdiep me op dit moment in de operatie van het bedrijf. Er staan hier andere machines dan ik gewend ben, er zijn veel specialismen. Er is veel meer mogelijk bij Fardem dan ik had verwacht, je kunt uit een flink menu kiezen wat voor verpakking je wilt. 

We zijn er trots op dat onze inspanningen op kwaliteit en duurzaamheid ook extern erkend worden. Zo wonnen we onlangs de Rethink Award voor ketensamenwerking met het Bag2Bag project, waarbij we in samenwerking met Sabic en Morssinkhof-Rymoplast hoogwaardige verpakkingen maken met 50% recyclaat. Samen maken we het verschil!