Lisette Colijn Wordt Directeur Van Gorcums Museum

Lisette Colijn wordt de nieuwe directeur van het Gorcums Museum. De 38 jarige inwoner uit Woudrichem werkte eerder bij de Bibliotheek Cultuurpunt Altena. 

Lisette groeide op in Almkerk en bezocht het Gymnasium Camphusianum in Gorinchem, daarna studeerde ze aan de kunstacademie in Rotterdam en Amsterdam en werkte vervolgens als zelfstandig kunstenaar. Ze legde zich daarbij toe op het maken van sieraden. Ze ging daarbij verder dan een traditionele goudsmid, maar experimenteerde vooral met de thematiek van sieraden. Hoe kunnen sieraden je verleiden, maar ook misleiden? Ze heeft met haar sieraden onder andere geëxposeerd tijdens de Woudrichemse kunstroute en vervulde een opdracht voor de Woudrichemse cultuurprijs. “Ik heb alle materialen nog thuis, dus ik kan zo weer beginnen. Maar ik merkte al snel dat als zelfstandig kunstenaar je stem vrij klein is. Als je de intrinsieke waarde van kunst en cultuur wilt laten zien moet je dat breder uitdragen, via bijvoorbeeld cultuureducatie of op strategisch management niveau. Dus wat kun je bereiken als je de kracht van de sector inzet om te verbinden, te inspireren en mensen op een andere manier laten kijken naar dingen.”

Zo begon ze bij de Bibliotheek Cultuurpunt Altena als coördinator cultuureducatie en zette samen met de basisscholen in de regio cultuurprojecten op. Daarnaast volgde ze een master in cultuureducatie en – beleid. Na enkele jaren werd ze adjunct directeur bij Cultuurpunt Altena, daarna ging ze als manager strategie bij de Nieuwe Veste in Breda aan de slag. Op 1 april van dit jaar begon ze als senior adviseur cultuur bij de gemeente Gorinchem met als opdracht om van de Nieuwe Doelen weer het culturele hart van de stad te maken. Een klus waar ze met veel enthousiasme aan begon en waarin ze de passie voor cultuur bij anderen herkende. ,,We hebben in Gorinchem heel veel kunstenaars en cultuurmakers, hoe kunnen we die verbinden? Hoe kunnen we de cultuur in de wijken met de stad verbinden? Hoe kun je het authentieke uit de kunst gebruiken om alle doelgroepen te bereiken? Hoe kunnen we bijvoorbeeld eenzaamheid bestrijden met cultuur of hoe kunnen we het inzetten in het sociaal domein? Maar ook wat hebben de cultuurmakers zelf nodig om dat voor elkaar te krijgen?”.

Tijdens haar opdracht voor de gemeente Gorinchem maakte ze ook kennis met het Gorcums Museum en directeur Rob Krezner. Toen bleek dat hij van zijn pensioen ging genieten, besloot ze haar kans te wagen. ,,Toen ik nog bij Cultuurpunt Altena werkte beleefde ik altijd heel veel plezier aan de erfgoed educatieprojecten. Juist door de historische collectie van het museum in combinatie met mijn vakgebied kunst voelde die functie voor de langere termijn heel passend. Ik had wel twijfels of ik zo snel nadat ik bij de gemeente gestart was mijn interesse in een andere functie kenbaar moest maken, daar heb ik nog wel van wakker gelegen. Maar gelukkig heb ik het wel benoemd en werd ik meegenomen in de sollicitatieprocedure, daar was ik ook blij mee. Na mijn pitch en twee gespreksrondes kreeg ik te horen dat het museumteam graag met mij aan de slag wilde”.

Het Gorcums museum heeft een moeilijk jaar achter de rug door de voorjaarssluiting, een tweede sluiting in november en nu opnieuw een harde lockdown vanwege corona. Toch wordt er achter de schermen gewoon doorgewerkt, zo werd vlak voor de tweede sluiting nog net een nieuwe kunstexpositie geopend over de BKR. ,,Het voelde heel zuur dat de expositie met BKR kunst na twee dagen alweer dicht moest door de tweede lockdown. We hopen na 19 januari direct weer open te gaan, al zal het misschien niet de laatste lockdown zijn.” Bij het museum gaat ze aan de slag met het herinrichten van de historische collectie, meer samenwerking met het Hendrik Hamelhuis en het opzetten van educatieprojecten.

Paula Jorritsma: ‘Blijf Knokken Voor Jezelf, Voor De Wereld’

Paula Jorritsma: ‘Blijf Knokken Voor Jezelf, Voor De Wereld’

Paula Jorritsma Maakt Op 6 Maart Internationale Vrouwendag Deel Uit Van Het Forum Voor V&A.

Ik ben geboren in een rood nest waar met de paplepel werd ingegoten dat je deelt wat je hebt. De Vlaamse psychiater Dirk de Wachter verwoordt dat prachtig:  ‘Het zich zelfgenoegzaam terugtrekken in een waan dat alles in orde is, is niet wat ik zou noemen ‘bestaan’. ‘De verborgen tranen van de wereld’ (Levinas) niet zien, is niet normaal. Armoede, geweld, mishandeling, de miserie van vluchtelingen en de klimaatproblematiek zien en vervolgens tot engagement overgaan is de ware zin van het bestaan. Om dat te kunnen doen moet je het eerst zien, en er een beetje ongelukkig door zijn, dat klopt. Het is de ethische plicht van de gelukkige mens die uit een warm nest komt en graag wordt gezien en het goed heeft, zoals ik, om de lastigheid van de wereld te kennen en er iets mee te doen.’

Blijf knokken voor jezelf, voor de wereld, ook al weet je dat je een korreltje in de woestijn bent. En trek je niet teveel aan van wat mensen van je vinden. Naarmate ik ouder word, vind ik dat laatste een stuk eenvoudiger dan vroeger.

In 2014 deed Progressief Altena voor het eerst mee aan de gemeenteraadsverkiezingen. De slogan was en is nog steeds: ‘alleen ga je sneller, samen kom je verder.’ Daar geloof ik heilig in. De uitspraak kom je veel tegen in het Afrikaanse denken, waar ‘Ubuntu’ een gevleugeld begrip is. Dat denken is, anders dan het westerse,  niet gebaseerd op tegenstellingen, maar met de gedachte dat alles één is met twee kanten. Mannen en vrouwen zijn niet tegengesteld bijvoorbeeld maar vullen elkaar aan.

Samenwerken is niet allemaal één worden en hetzelfde doen. Het gaat erom dat er creativiteit ontstaat wanneer de verschillen op elkaar botsen en er daar iets gebeurt. Dan wordt het verschil een productieve factor. Uiteindelijk kom je toch weer uit bij de relatie tussen mensen. Het is het beste als iedereen van elkaar weet waar zij of hij goed in is en je op grond daarvan samenwerkt, dan accepteer je het verschil en respecteer je ieders bijdrage.

Onlangs waren we als college ‘op de hei’ en werd gevraagd in welke personen we ons herkenden op onze beste dag én op onze slechtste dag. Op tafel lagen afbeeldingen van bekende politici, sporters, popsterren en illustraties uit boeken. Ik hoefde niet lang na te denken; Pluk van de Petteflet representeert mijn gemoedstoestand op mijn beste dag: op pad met idealen!  Het leven blijven zien als een zoektocht. Je dingen blijven afvragen, je blijven verwonderen, dingen blijven doen. En op mijn slechtste dag ondervind ik de nadelen van het in de huid kruipen van Rupsje Nooitgenoeg. Er is zoveel te zien, te beleven en te doen! De troost: gelukkig wordt Rupsje Nooitgenoeg op een dag een prachtige vlinder!

Interview met Loes Lijmbach

Interview met Loes Lijmbach

Kracht zit in sterke onderlinge samenwerking en betrokkenheid

Ervaringen op de middelbare school kunnen van grote betekenis zijn voor de rest van je leven.

Mijn docente handenarbeid keek verder dan mijn recalcitrante gedrag, spoorde mij aan mijn creativiteit verder te ontwikkelen en werd hiermee voor mij een grote inspirator. “Met een langdurig zieke moeder en middenin de puberteit, was mijn gedrag niet zo vreemd”. “Zij prikte daar doorheen.” Ze is ruim dertig jaar ondernemer, maatschappelijk betrokken en politiek geëngageerd. Het verbeelden van ideeën en het vastleggen van de context vormt een belangrijk deel van haar dagelijks werk als landschapsarchitect.

Loes groeide op in het Haagsche en woont al meer dan 30 jaar in Wijk en Aalburg. Ze begint al vroeg met besturen als ze voorzitter wordt van de vereniging van oudleerlingen van Huis te Lande. een middelbare tuinbouwschool voor meisjes. Daarna volgt ze een opleiding in Boskoop tot landschapsarchitect en neemt ze na haar opleiding, zitting als bestuurslid in de brancheorganisatie , Nederlandse vereniging van Tuin-en Landschapsarchitecten.

Als haar twee zonen naar school gaan, wordt Loes lid van de medezeggenschapsraad van de basisschool van haar kinderen, ook is ze bestuurlijk actief in de peuterspeelzaal.

Veel geleerd

In 1994 wordt de interesse van Loes voor de politiek gewekt door de actieve rol van haar man in het CDA. Ze wordt zelf ook lid. Loes vertelt enthousiast over deze periode: “Het mooie van het CDA is dat je door alle lagen heen loopt. Zie het als een bedrijf waarbij je onderaan begint. Je maakt flyers, je leest de stukken over onderwerpen waarvan je verstand van hebt en je leert echt elkaars talenten te versterken. Als burgerraadslid speel je in eerste instantie nog geen actieve rol. Een maal per maand heb je overleg en ondersteun je de fractie. In 2000 stond ik voor het CDA als vijfde op de kieslijst. Het lag niet voor de hand, maar door een wisseling in de fractie kwam ik toch in de gemeenteraad. De portefeuille Ruimtelijke ordening kwam vrij en zo kon ik vanuit mijn eigen vak kennis inzetten en een bestuurlijke bijdrage leveren aan de openbare ruimte. In 2002 werd ik fractievoorzitter en in 2006 wethouder. In 2010 werd ik voor een tweede periode wethouder, eind 2012 heb ik er zelf voor gekozen om op te stappen. Ik ben er echt drie maanden chagrijnig van geweest. Maar de zeven mooie jaren had ik niet willen missen. Ik heb veel geleerd over allerlei facetten van de politiek en ik heb er hele mooie en langdurige vriendschappen aan overgehouden.

Toen ik in Wijk en Aalburg kwam wonen, was Renny Wink mijn vraagbaak en geweten.

Ik vond het heel plezierig mensen in mijn omgeving te kennen, die een luisterend oor boden, waarmee ik kon sparren over de soms lastige onderwerpen. Vertrouwen en integriteit zijn daarbij van groot belang.

Waar sta je anno 2016?

“Midden in de maatschappij. Ik heb mijn aandacht weer meer gericht op mijn bureau. Daarnaast ben ik bestuurlijk actief als lid van de raad van commissarissen bij Woonservice Meander en zit ik in het dagelijks bestuur van het Streekfonds, onderdeel van het Streeknetwerk Biesbosch Delta. Het Streeknetwerk zet zich in voor het versterken en behouden van kernkwaliteiten van de Biesboschregio. Het Streekfonds is verantwoordelijk voor de toekenning van gelden. Ik wil betrokken zijn bij de omgeving waarin ik woon, meedenken over vraagstukken die er leven en ervoor zorgen dat er niet alleen ruimte is voor verschillende denkwijzen, maar deze ook bundelen.”

‘Besturen vergroot je netwerk op allerlei fronten’

Interview met Annemiek Stoopendaal

Interview met Annemiek Stoopendaal

“Mensen maken het verschil”

Ergotherapie studeren en uiteindelijk als wetenschappelijk onderzoeker en universitair hoofddocent werken voor Centrum voor Management Development in de zorg aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Annemiek Stoopendaal is een mooi voorbeeld van iemand die vanuit grote gedrevenheid steeds weer haar bakens verzet.

Het is alweer zeventien jaar geleden dat Annemiek vanuit Zeist, via Amsterdam, naar Woudrichem verhuisde. Ze was gespecialiseerd in de behandeling van volwassenen met niet-aangeboren hersenletsel. Maar ook toen al kriebelde het bestuurdersbloed en was ze naast haar werk enige jaren voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Ergotherapeuten. Na een jaar docentschap ergotherapie aan de Hogeschool van Rotterdam, werd ze in 1999 lid van de visitatiecommissie Hoger Beroepsopleidingen Fysio- en ergotherapie. Op dat moment had Annemiek wel vele kanten van haar vak gezien en zo’n beetje alles bereikt binnen haar vakgebied en dat maakte haar onrustig.

Inspireren, Stimuleren en Gunnen

Het was dus niet zo vreemd dat Annemiek, inmiddels dertig en met driekinderen, toe was aan iets nieuws. Met haar belangstelling voor ‘de mens achter de mens’, was een studie Culturele Antropologie aan de Universiteit van Utrecht een logische stap.. Ze koos voor de richting organisatieantropologie en rondde in twee jaar tijd haar doctoraal cum laude af Annemiek: “ Heel bepalend in zo’n proces is dat er mensen zijn die jou stimuleren en inspireren. Mijn inspirator in die periode was docent Jan Boesenkool. Hij stimuleerde mij om te gaan promoveren. Pauline Meurs en Mirko Noordegraaf  gaven mij de kans om mee te meewerken aan een onderzoeksprogramma ‘Zorg voor Management’; een onderzoek naar zorgbestuurders. k vertaalde dat al snel naar ‘Zorg vóór Management’.”

Precies in de periode dat Annemiek naar Woudrichem kwam, werd de asielboot in gebruik genomen. Als in 2001  Lets Circle Woudrichem wordt opgericht, denkt Annemiek er geen seconde over na en wordt ze bestuurslid. Deze stichting wil verbinding maken tussen de wal en het schip. “Hier zag ik dat vluchtelingen ontmenselijkt werden en geen doel in hun leven hadden”, vertelt Annemiek. Ze waren afgesloten van de maatschappij. Wij legden samen contacten tussen de Woerkummers en de vluchtelingen op het schip, die veelal uit Oost-Europa en Afrika kwamen.”

Welke bestuursfuncties bekleed je op dit moment?

“Er kwam een vacature vrij bij de Raad van Toezicht van zorginstelling Riethorst Stromenland.  Het is mooi om vanuit je vakgebied iets te kunnen toevoegen aan je eigen omgeving.”

 

‘De gelaagdheid in de zorg maakt het er niet overzichtelijker op’

 

Wat doe je als toezichthouder?

Ik stel kritische vragen aan de bestuurder die verantwoordelijk is voor het reilen en zeilen van de organisatie. Je staat ver van de werkvloer en daarom heb ik graag een taak waarbij ik toch dicht bij de mensen in een organisatie sta. Bij Riethorst Stromenland  ben ik contactpersoon van  de cliëntenraden. Zo hoor je of de organisatie naar tevredenheid van de bewoners functioneert en waar extra aandachtspunten moeten komen. Zo kan ik mijn steentje bijdragen.”

 

Ambieer je meerdere bestuursfuncties?

“Op dit moment niet, ik werk fulltime bij Het instituut voor Beleid & Management Gezondheidszorg en bij Centrum voor Management en Development in de zorg.”

Waar ligt jouw passie?

”Ik doe graag kwalitatief onderzoek naar specifieke zorg en bedenk daarbij altijd dat het gaat om mensen. Je wilt voor hen in een institutionele omgeving een veilige thuissituatie creëren. Waardigheid en trots, zijn serieuze items bij langdurige zorg en daar draag ik graag mijn steentje aan bij.”

‘Een onderzoek naar zorgbestuurders heeft me geleerd dat branchevreemde bestuurders per definitie geen slechte bestuurders hoeven te zijn. Het gaat erom dat je jezelf als bestuurder blijvend in het werk dat uitgevoerd wordt moet verdiepen.’

 

Interview met Hannie Visser-Kieboom

Interview met Hannie Visser-Kieboom

“Woekeren met je talenten”

“Er wordt iets van je gevraagd. Je moet je licht niet onder de korenmaat zetten.“ Deze uitspraak van haar grootmoeder inspireerde Hannie Visser Kieboom tot een rijk bestuurlijk leven. “Mensen verbinden met elkaar is mijn belangrijkste drijfveer. Soms lijkt het alsof je niets toevoegt, maar jouw inzet kan het verschil maken.” Op haar ‘bucketlist’: raadslid nieuwe Altena gemeente en voorzitter van voetbalvereniging Kozakken Boys. Lachend: “Zo echt Werkendams!”

Hannie is een geboren en getogen Werkendammer. Ze is sterk betrokken bij haar omgeving en heeft een passie voor geschiedenis. Er verschenen boeken van haar hand, meestal over de historie van en uit Altena. Vanaf 1997 eindredacteur bij Het Nieuwsblad en correspondent van het Brabants Dagblad en Schuttevaer. Ze is moeder van Dorine, Colinda en Kees en oma van Matthias, Nathan, Thomas en Lieke.

Haar bestuurlijke loopbaan begint zo rond haar 25e in de oudercommissie van school. Dit is de aanzet tot lange bestuursperiodes. Hannie ervaart dat je als bestuurder je eigen ideeën kunt verwezenlijken en mede bepalend bent voor de koers die een organisatie uit wil. Er zit een natuurlijk verloop in haar bestuurswerk. Ook de lokale protestantse vrouwenorganisatie van de kerk kon op haar inzet rekenen. Hannie: “Hier heb ik veel geleerd. We werden geschoold in het besturen en ik volgde veel (interne) trainingen.  Daarnaast was ik voorzitter van de Vrouwenraad in Werkendam In 2001 is deze organisatie opgeheven.”

Waarom vind je besturen zo leuk?

Hannie: “Besturen is echt niet altijd leuk. Het is gewoon hard werken en volhouden. Bij meningsverschillen die ver uit elkaar liggen, is het de makkelijkste weg om de knuppel in het hoenderhok te gooien. Maar daar schiet je niets mee op. Juist wanneer het er echt op aan komt, moet je zorgen dat je de rode draad blijft zien en het doel waarvoor je bij elkaar bent. Dat zijn belangrijke leermomenten.”

“Besturen is een kwestie van volhouden. Het makkelijkste is de knuppel in het hoenderhok gooien”

 

 Word je gevraagd in een bestuur of neem je zelf het initiatief? 

“Meestal wordt aan je gevraagd of je interesse hebt om het bestuur te versterken. Daarna volgt meestal een ontmoetingsmoment met andere bestuursleden. Vaak ben je dan al lid van die vereniging of organisatie.  Er zijn ook besturen waarvoor je moet solliciteren. Zoals bijvoorbeeld bij Waterschap Riverenland. Na de sollicitatie kom je dan voor jouw partij op een kieslijst te staan. Een heel democratisch stelsel.“ Sinds de verkiezingen van 2015 maak ik deel uit van het Algemeen Bestuur. In de krant las ik destijds een vacature voor een bestuursfunctie bij de Bibliotheek CultuurPuntAltena. Ze hadden een bureau ingehuurd om sollicitatiegesprekken te voeren met kandidaten en nu ben ik secretaris.”

`Je begint met een bloemetje en dan groeit het uit tot een schitterend boeket’

 

Waarom hebben veel van je bestuurslidmaatschappen te maken met cultuur?

“Cultuur en geschiedenis hebben mijn passie.  In 2005 ben ik voorzitter van Erfgoed Altena geworden. Ook het voorzitterschap van Historische Vereniging Werkendam en de Werken heb ik een aantal jaar met veel plezier gedaan. Momenteel ben ik als penningmeester van de Vereniging Vrienden Biesboschmuseum actief en betrokken bij het Liniepadfestival. Ook poëzie heeft mijn belangstelling en daarom ben ik sinds 2007 ook lid van de werkgroep Poëzie Eethen.

 

Je vind het belangrijk om je tijd en talent vooral hiervoor in te zetten?

“Nee hoor, niet uitsluitend.  Politiek heeft ook mijn  belangstelling, in 1994 werd ik lid van het CDA. Van 2002 tot en met  2007 was ik raadslid in de gemeente Werkendam. Om ook andere vrouwen te stimuleren politiek actief te worden en een hart onder de riem te steken heb ik in 2009 de Toontje Sprenger Pluim in het leven geroepen. Toontje Sprenger uit Sleeuwijk werd in 1939 als eerste vrouw in het Land van Heusden en Altena gekozen als raadslid van de gemeente De Werken c.a. Daarnaast ben ik ook lid van de Raad van Commissarissen van Woonstichting Land van Heusden en Altena en voorzitter van Huurderbelangenvereniging Land van Heusden en Altena. Maar ik vind het ook belangrijk dat historische fruitgewassen in onze regio behouden blijven. Daarom was ik lid van de ANV werkgroep Landschapselementen. De afgelopen jaren zijn honderden stekken opgekweekt en als fruitbomen terug geplant in de streek. Ik vergelijk het met mijn bestuurswerk. Je begint met een bloemetje en dan groeit het uit tot een schitterend boeket.”

 

Social Media:

Twitter: @hanviskie

Website: www.hanviskie.blogspot.com